De Leeuwenburg was bedorven gebouw, toen ik er ongeveer zeven jaar geleden kwam werken. De verbouwing van bankgebouw tot onderwijsinstituut was toen pas enkele jaren - hooguit tien - oud, maar die was al volslagen gedateerd en uitgevoerd in kleuren die in de verfpot al verschoten waren. En wat ook aandoenlijk was, was dat de Hogeschoolmedewerkers van destijds hooguit tien jaar geleden zelf hadden mogen meebeslissen over de manier waarop hun opleiding in de uniformiteit van de verbouwing toch een eigen identiteit konden houden. De kleuren en vormen die dat had opgeleverd was onvoorstelbaar en onbeschrijfelijk. En er zijn geen foto's van, sinds het bij de recente verbouwing allemaal met en enorme voorhamer een container in getimmerd is. Er is alleen mijn geheugen.
O, ik vergat nog te vertellen dat er op alle muren was geschreven, dat over alle Heugaveldtegels koffie en nog zwaardere verslavingen waren gekieperd, uit alle plafondplaten happen waren genomen en dat voor elk raam een lamel was dat in de knoop gebogen zat. De Leeuwenburg was een expositieruimte van primitieve grootschalige liefdeloosheid.
En nu is de nieuwste verbouwing bijna klaar. De HTS, die eerst woonde in een gebouw van veertien verdiepingen, heeft er nu nog maar zeven tot zijn of haar beschikking. Dat inklinken is gedaan met flexplekken, die zo kil en plastiek eruit zien, dat ik niet eens meer zin heb om op de muur te schrijven. Ik schort mijn mening over het ontwerp op tot 26 september 2016, omdat ik alweer zo murw ben dat het me eigenlijk niet echt meer interesseert.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten