Vandaag is mijn vakantie begonnen. Ik heb mijn peetkind en haar moeder naar Den Haag gebracht, omdat de jongste van de twee daar naar het Medisch Centrum voor Dansers en Musici moest, uit bezorgdheid, die gelukkig volkomen ongegrond bleek. Mijn peetkind blijft een danseres.
Ik had dit uitstapje naar Den Haag - nog helemaal in de rush (nou ja, het rushje) van het werk, dat nu het vakantie is, voorbij zou moeten zijn - onvoldoende met mijn alle deelnemers van het uitstapje doorgenomen. In een rush zitten houdt in dat ik dan precies dat onzorgvuldig ga doen. Ik, die de auto bestuur en over het geld beschik. Ik die bedenk wat er leuk is om te doen, in Den Haag, de geboortestad van mijn beide kinderen. Ze vinden er geen reet aan.
Hun geboortehuis of de speeltuin waar ze speelden: niet interessant. De Parade, die in het Westbroekpark speciaal voor hun is opgericht: pruilend sjokken ze er overheen en vragen: wanneer gaan we naar het zwembad?
Ik moet er nog inkomen, in die vakantie.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten